Slim rijden met de cruise control
Veel nieuwe auto’s beschikken over cruise control. Handig: met cruise control voorkomt u bijvoorbeeld dat u de maximumsnelheid overschrijdt. Maar hoe maakt u het slimste gebruik van zo’n cruise control? En hoe voorkomt u ongelukken?

Cruise control is het systeem waarmee u de snelheid van uw auto vastzet, waarna u de voet van het gaspedaal kunt halen. De auto zorgt er dan zelf voor dat hij de door u ingestelde snelheid vasthoudt. U schakelt de cruise control uit door te remmen of door te ontkoppelen - afhankelijk van het systeem.

Cruise control: even wennen

Wanneer u nog niet eerder met cruise control hebt gereden, is het advies daar eerst op een rustige plek mee te oefenen. Uw voeten zijn namelijk gewend aan het systeem van gas geven en terugnemen, koppelen en remmen, terwijl u met de cruise control het gaspedaal met rust moet laten. Bij een vreemde situatie reageert u op de automatische piloot: gas los, en zo nodig remmen. Met de cruise control ingeschakeld moet u echter meteen remmen - zolang u dat niet doet, rijdt uw auto vrolijk door, vreemde situatie of niet. De uitzondering hierop is de adaptieve cruise control: dit systeem meet namelijk de afstand tussen u en uw voorligger. Wordt die afstand te klein, dan past dit cruise controlsysteem de snelheid automatisch aan.

Cruise control: wanneer wel?

Wanneer u lekker met de stroom meerijdt, is cruise control een ideaal hulpmiddel. U voorkomt ermee dat u de snelheidslimiet overschrijdt en uw rijgedrag zal ook rustiger zijn. Bovendien rijdt u met cruise control zuiniger. Veel mensen gebruiken de cruise control vooral op de snelweg, maar ook op wegen waar een lagere snelheidslimiet geldt, kan de cruise control erg makkelijk zijn.

Cruise control: wanneer niet?

Bij onrustig verkeer is het rijden met cruise control niet verstandig. Verder kunt u het systeem beter niet inschakelen als het heel hard regent of bij winterse omstandigheden. Het risico op slippen is in dit soort situaties groter en u heeft nu eenmaal meer controle over de auto als u zelf het gas regelt. Hetzelfde geldt voor rijden met een caravan: zonder cruise control heeft u meer controle over de combinatie auto-caravan en verkleint u het risico van een slingerende caravan.

Bergafwaarts in een lage versnelling op de motor afremmen. Kan dat?

Toeren maken is eng. Al helemaal wanneer je in een bergachtig landschap terug richting het dal rijdt. In een lage versnelling met een loeiende motor naar beneden rollen, dat kan nooit goed zijn. Toch?

Het boeiende YouTube-kanaal Engineering Explained (als we iemand vertrouwen voor technisch advies, is het deze gast) legt het in deze video uit. Wat blijkt: het kan geen kwaad. Logisch ook: anders zouden autofabrikanten het niet zo makkelijk maken om op de motor af te remmen. En anders zouden autoriteiten bovenaan bergen geen bordjes plaatsen met ‘Use engine brake’ (of iets soortgelijks in een andere taal). Doe dit trouwens wel met mate; ros je auto niet in het rode (of in de buurt daarvan) naar beneden.

Op de motor afremmen goed voor de motor?

Wanneer je je voet van het gas haalt, spuit de motor geen brandstof meer in. Op de motor afremmen scheelt dus benzine. En de remmen slijten niet omdat de motor het remwerk doet. Hierdoor blijven je remmen ook lekker koel, zodat je onderaan de Stelvio-pas niet met kokende remmen staat.

Wat gebeurt er?

Je gasklep gaat dicht. De zuigers die naar beneden bewegen proberen nog lucht naar binnen te trekken. Het is het vacuüm dat de boel afremt. En dus niet de compressie, wat veel mensen denken. Hierbij ontstaat warmte in de motor, maar dat is niet erg. Daar heb je koelvloeistof voor.

 

 

Gebruik van blauw zwaailicht en sirene

Afbeeldingsresultaat voor prioritaire voertuigen

De basisregel


De voorwaarden voor het gebruik van het blauwe zwaailicht en de sirene staan in de artikels 37.1, tot 37.4 van de wegcode.

De minister van Binnenlandse Zaken heeft ze ook in een omzendbrief verduidelijkt: (…) om een dringende opdracht uit te voeren, moet een prioritair voertuig de blauwe knipperlichten en het speciale geluidstoestel gebruiken. Voor een niet-dringende opdracht mogen de blauwe knipperlichten wel, maar het speciale geluidstoestel niet gebruikt worden.


De wegcode bepaalt dus dat de blauwe knipperlichten voor elke opdracht mogen worden gebruikt. Dit gebruik is VERPLICHT in geval van een dringende interventie (37.2).


Het speciale geluidstoestel daarentegen mag ENKEL worden gebruikt tijdens een dringende opdracht.

Om voorrang te hebben op andere weggebruikers, moet de bestuurder van het prioritaire voertuig naast het zwaailicht ook zijn sirene aanzetten (art. 38).


Het zelfde geldt bij het voorbijrijden van een rood verkeerslicht. Zwaailichten EN sirene moeten werken, men moet stoppen en men mag geen andere weggebruikers in gevaar brengen. (37.4)





Dringende opdracht of niet?


De bestuurder van het prioritair voertuig moet zorgvuldig afwegen of het al dan niet om een dringende opdracht gaat. Indien er hierover twijfel bestaat, bijvoorbeeld na een ongeval, zal een rechter zich moeten uitspreken over het al dan niet dringende karakter van de opdracht.

Gezond verstand zegt ons dat een opdracht dringend is als het belang van de opdracht groter is dan het belang van een normaal verkeersverloop.

Een wetsvoorstel uit 2002 is hierover duidelijker: de dringende opdracht wordt er gedefinieerd als elke verplaatsing in het geval van risico op de verstoring van de openbare orde, om mogelijk lichamelijk letsel of zware materiële schade te voorkomen, of om hulp te bieden aan slachtoffers, als het belang van de opdracht groter is dan het belang van een normaal verkeersverloop zoals voorzien in de wet …


Op de vraag of een voertuig van de MUG op de terugweg naar het ziekenhuis als prioritair voertuig zou moeten worden beschouwd, heeft de staatssecretaris negatief geantwoord. Hij meent dat het aan de urgentiearts is om te beslissen over de dringendheid. Als conclusie stelt hij dat omdat de weggebruikers een bijzonder gedrag aan de dag moeten leggen tegenover een voertuig dat zijn speciaal geluidstoestel gebruikt en omdat dit een verhoogd risico op ongevallen met zich meebrengt, kunnen de regels voor prioritaire voertuigen niet worden uitgebreid naar minder dringende opdrachten.



Tot slot mogen we het begrip van hoogdringendheid dat voortvloeit uit de feitelijke toestand niet verwarren met dringende medische hulp. Beide begrippen worden in afzonderlijke bepalingen omschreven en staan los van elkaar, al laten ze beide toe om gebruik te maken van blauwe zwaailichten en de sirene.

De wet van 8 juli 1964 definieert de ‘dringende medische hulp’ als het onmiddellijk verlenen van de gepaste hulp aan iedere persoon wiens gezondheidstoestand, als gevolg van een ongeval of een plotse ziekte of de medische complicatie van een ziekte, een dringende interventie vereist na een oproep aan een eengemaakte noodcentrale die garandeert dat men wordt geholpen en vervoerd naar een geschikt ziekenhuis waar men wordt opgevangen. Een dergelijke opdracht moet dus vanzelfsprekend worden gezien als een dringende opdracht in de zin van artikel 37 van de wegcode.

 

 

De Rotonde

 

 Gerelateerde afbeelding

Een rotonde is een bijzonder soort gelijkvloers kruispunt dat zo ontworpen is dat het aantal conflicterende bewegingen geminimaliseerd wordt.

Een rotonde bestaat uit een cirkelvormige weg met een eiland in het midden. Het verkeer rijdt bij rechtsrijdend verkeer uitsluitend tegen de klok in. De verschillende wegen takken aan op de cirkel.

Een rotonde is relatief veilig, doordat er zich alleen rechtsafslaand verkeer op een rotonde bevindt.  Er zijn echter ook een aantal nadelen verbonden aan rotondes, één ervan is het grotere ruimtegebruik, verminderde capaciteit en soms ook verminderd rijcomfort (zeker in het geval van doorgaand verkeer). Ook voor fietsers is een rotonde niet altijd veiliger.

De voorrangsregeling op een rotonde is overal in België dezelfde: wie de rotonde oprijdt moet voorrang verlenen aan het verkeer op de rotonde. Dit staat aangegeven met bord B1 en/of haaientanden. Belangrijk hierbij op te merken is, dat het bord B1 (de omgekeerde driehoek) alleen de verplichting meebrengt om voorrang te verlenen, stoppen moet alleen als dat nodig is.  Het is dan ook aangewezen, in de mate van het mogelijke, de rotonde te benaderen met de intentie om niet te stoppen.  De rotonde moet worden gezien als een soort tandwiel, de voertuigen op de rotonde zijn de tanden van het tandwiel, en de voertuigen die de rotonde willen oprijden, zouden ideaal gezien tussen twee tanden moeten passen. 

Een rotonde kan één of meer rijstroken hebben.  Een rotonde met meerdere rijstroken is bedoeld om meer verkeer te kunnen verwerken in een kortere tijdspanne.  De richting die de bestuurder wil nemen na de rotonde, moet bepalen op welke rijstrook van de rotonde de bestuurder rijdt.  Als hij voorbij de rotonde rechtsaf wil, dan kiest hij voor de buitenste rijstrook. Als hij de richting rechtdoor of links wil kiezen, dan kiest hij voor de binnenste rijstrook.  Op de rotonde schuift hij dan op van de binnenkant naar de buitenkant. Let op! Iemand die van rijstrook verandert, heeft nooit voorrang. Stop nooit op een rotonde. Als het onmogelijk is om de rotonde op de gewenste plaats te verlaten, is het beter om een extra rondje te rijden.

 

De Snelheidsregelaar

 

 Afbeeldingsresultaat voor cruise control

Er bestaat nog veel verwarring over het gebruik van de de snelheidsregelaar in de auto.  Cruise control is een snelheidsregelaar, die ervoor zorgt dat de auto een constante snelheid aanhoudt zonder dat de bestuurder het gaspedaal hoeft te beroeren. Een sensor meet voortdurend de snelheid. Via de gasklep, of langs elektronische weg, zorgt de cruise control voor een constante snelheid.

De nieuwere generatie cruise-control-systemen passen de snelheid aan aan die van je voorligger, wat een stuk veiliger is. Dergelijke systemen zijn ook gekend onder de benaming ‘adaptieve’ of ‘intelligente’ cruise control. Je blijft dan altijd op een veilige afstand van je voorligger rijden. Je auto remt dus ook automatisch af als je voorligger dat doet.

Het gebruik van de snelheidsregelaar biedt tal van voordelen:

  • Men hoeft zelf geen gas te geven, waardoor de voet minder vermoeid raakt
  • De constante snelheid zorgt voor een gunstig brandstofverbruik
  • Men hoeft niet continu de snelheid van het voertuig in de gaten te houden
  • de kans op snelheidsovertredingen vermindert aanzienlijk
  • Als alle bestuurders op, bijvoorbeeld een autosnelweg, de snelheidsregelaar aanzetten, zou de kans op het ontstaan van files erg verminderen
  • Als alle bestuurders met een constante snelheid rijden, is de kans kleiner dat één bestuurder verrast wordt door een bruusk manoeuvre

 

Alle bromfietsen (nieuw en gebruikt) moeten worden ingeschreven voor 11 december 2016

 

Helpen jullie mee om elke bromfiets veilig in het verkeer te laten rijden?

Sinds 31 maart 2014 moeten alle nieuwe bromfietsen die in België in het verkeer worden gebracht, worden ingeschreven. Sinds 1 december 2015 moeten ook alle voertuigen die vóór die datum in omloop waren, een nummerplaat dragen.

Tot op heden zijn er echter slechts 13.000 bromfietsen geregulariseerd van de naar schatting 200.000. Daarom lanceert de FOD Mobiliteit en Vervoer een nieuwe oproep zodat alle eigenaars van een bromfiets tijdig een nummerplaat aanvragen.

Mogen we jullie vragen om jullie leerlingen te informeren over deze regel? Op onze website hebben we communicatiemateriaal voorzien (affiche, tekst, banner,…) dat jullie online en offline kunnen gebruiken.

Deze regularisatiemaatregel werd opgestart om de verkeersveiligheid te versterken: alle betrokken voertuigen zullen op deze manier verzekerd zijn, de identificatie ervan wordt makkelijker gemaakt en de bestuurders kunnen meteen worden geïdentificeerd.

Hou je aan de wegcode en vermijd een rode kaart!

Streven naar een grotere verkeersveiligheid en minder verkeersslachtoffers blijft één van de belangrijkste doelstellingen van de FOD Mobiliteit en Vervoer. Daarom ging op 1 januari 2015 een nieuwe maatregel van kracht die recidivisten strenger aanpakt....

28/11/2015

De plaats waar je je rijexamen aflegt, heeft een grote invloed op de slaagkans. Dat blijkt uit cijfers van het Vlaams departement Mobiliteit. Terwijl in bijvoorbeeld Asse 69 procent van de kandidaten slaagt voor zijn rijbewijs B, is dat in Kontich maar 43 procent.

Je kan maar beter naar Asse voor je praktische autorijexamen, dat alom gevreesde stressmoment bij zoveel kandidaat-automobilisten. De slaagkansen liggen in Asse torenhoog in vergelijking met veel andere Vlaamse examen­centra. Dat blijkt uit cijfers van het Vlaams departement Mobiliteit, die onze krant kon inkijken.

In de periode van augustus vorig jaar tot eind januari van dit jaar slaagde in heel Vlaanderen net de helft (50,6 procent) van de 71.559 mensen die hun examen aflegden. In het examen­centrum van Asse lag dat slaagpercentage veel hoger: liefst 69 procent. In Kontich en Alken waren dan weer bijna zes op de tien kandidaten gebuisd.

Bij mobiliteitsorganisatie Touring fronsen ze de wenkbrauwen bij deze cijfers. “Het slaag­percentage zou toch overal gelijk moeten zijn”, zegt woordvoerder Danny Smagghe. “Is het ene examencentrum strenger dan het andere? Is de ene omgeving moeilijker om te rijden dan de andere? Het kan allemaal een rol spelen.”

Volgens GOCA, de koepel waarin alle rijexamencentra vertegenwoordigd zijn, zijn de verschillen te wijten aan de bestuurders zelf. “In de ene streek bereidt men zich beter voor op het rijexamen dan in de andere.” Oftewel: in Kontich dagen gewoon de slechtste autobestuurders op, in Asse de beste. Touring noemt deze redenering “nogal kort door de bocht”.

 

(Bron: Het nieuwsblad)

22 maart 2016

Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts blijft strijden tegen de schande van 400 verkeersdoden, waaronder opvallend veel jongeren. Er kwam al een aanpassing aan de eindtermen voor het rijbewijs en nu gaat Weyts ook het rijexamen moderniseren en de rijopleiding hervormen. “We gaan aan beginnende chauffeurs meer kennis en kunde vragen, zodat jongeren beter gewapend zijn tegen de risico’s van de weg”, zegt Weyts. “Willen we de dodentol lager, dan moet de lat hoger”.

Jongeren zijn oververtegenwoordigd bij de verkeersslachtoffers. Het verkeer is de grootste doder bij jongeren tussen 15 en 24. België scoort bijzonder slecht: in landen als Nederland en het Verenigd Koningrijk ligt de dodentol voor jongeren in het verkeer maar half zo hoog. Uit onderzoek blijkt dat menselijke factoren een rol spelen in bijna elk verkeersongeval op de autosnelweg (98,5%).

Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts wil beginnende chauffeurs beter wapenen tegen de risico’s van de weg.  Weyts introduceerde al - voor het eerst - een curriculum met eindtermen voor het behalen van een rijbewijs. Nu worden ook het theoretische en praktische rijexamen aangepakt en wordt de volledige rijopleiding hervormd.

Het theoretisch examen zal worden uitgebreid met vragen die specifiek peilen naar de hogere orde vaardigheden. Overtredingen van een hogere graad zullen ook zwaarder doorwegen in de eindscore. Ook het praktijkexamen wordt uitgebreid met de hogere orde vaardigheden en extra manoeuvres. Zo wordt risicoperceptie en veilig rijden met een GPS geïntroduceerd in het examen. 

De rijopleiding moet er in de toekomst helemaal anders uitzien. Samen met het VHV wil de minister nu komaf maken met enkele achterhaalde elementen. Zo zal wie zijn voorlopig rijbewijs laat vervallen niet langer 3 jaar moeten wachten om een nieuw voorlopig rijbewijs aan te vragen. Voortaan zou je in dat geval alleen 6 uur rijschool moeten volgen zonder wachtperiode.

De rijopleiding zelf wordt ook verlengd. Vandaag kan je 3 maanden na het behalen van je voorlopig rijbewijs al je praktijkexamen afleggen. Weyts wil beginnende chauffeurs meer tijd geven om rijervaring op te doen.

Het rijbewijs wordt geen eindpunt in het leerproces van beginnende chauffeurs. Enkele maanden na het behalen van het rijbewijs, zullen alle beginnende chauffeurs deelnemen aan een verplichte terugkomdag. Die terugkomdag wordt nog een extra leermoment waar rijvaardigheden zoals veilig rijden over een nat wegdek, uitvoeren van een noodstop of uitwijkmanoeuvres bijgebracht worden. 

Het raamwerk voor de hervorming werd uitgewerkt door het Vlaams Huis voor de Verkeersveiligheid, het platform dat alle actoren die werken rond veiliger verkeer samenbrengt. De Vlaamse Regering heeft het licht nu op groen gezet, zodat de nieuwe rijopleiding verder uitgewerkt kan worden. Weyts wil al in 2016 de hervorming volledig op punt hebben.

Bekijk het verslag van VTM Nieuws hier.

Bekijk de reportage van VRT Journaal hier.

 

(Bron: Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts)

Maatregelen tegen de verspreiding van het Covid-19-virus

Maatregelen tegen verspreiding corona: rijopleiding, rijexamens en autokeuring

De nationale Veiligheidsraad heeft beslist om alle opleidingen op te schorten. In dat kader besliste de Vlaamse Regering, op voorstel van Vlaams minister Lydia Peeters, om vanaf 16 maart 2020 ook opleidingen en examens in de sector mobiliteit en openbare werken op te schorten zie bijlage). De autokeuring blijft geopend, maar mensen die ziek zijn of in quarantaine zitten, worden gevraagd de keuring uit te stellen. Deze maatregelen gelden minstens tot en met 3 april 2020.

Wanneer ten gevolge van deze opschorting de verplichtingen met dwingende termijnen niet kunnen worden nageleefd, wordt aan de betrokkenen een uitstel verleend. In de loop van volgende week zullen de modaliteiten hiervan bekend gemaakt worden.

Opleiding:

Alle opleidingen in de sector mobiliteit worden opgeschort vanaf 16 maart. Het gaat onder meer over de theorie- en praktijklessen en het terugkommoment.

Aan mensen die door de huidige maatregelen de verplichte termijn van het terugkommoment (9 maanden na afgifte rijbewijs) overschrijden, wordt geen sanctie opgelegd. Hun termijn wordt verlengd.

Examens:

Alle examens in de sector mobiliteit worden opgeschort vanaf 16 maart. Zo worden onder meer de theoretische en praktische rijexamens opgeschort. Voor mensen waarvan de geldigheid van het examen vervalt, wordt de geldigheid verlengd.